3 Begrip alcoholvrije dranken
3.1 Wettelijk kader
Op alcoholvrije dranken wordt een verbruiksbelasting geheven (artikel 1 WVAD). Onder alcoholvrije dranken moeten worden verstaan (artikel 6 WVAD):
- vruchten- en groentesap;
- Water, mineraalwater en spuitwater voor zover niet vallend onder GN-code 22.01;
- limonade.
3.2 Onderscheid alcoholhoudend en alcoholvrij
Ook als de producten genoemd in artikel 6 WVAD een geringe hoeveelheid alcohol bevatten, worden ze geschaard onder de alcoholvrije dranken, voor zover zij niet worden aangemerkt als bier, wijn, tussenproducten of overige alcoholhoudende producten in de zin van de Wet op de accijns (WA) (zie de definities in artikelen 6, 8, 8a, 9, 11a, 11b, 11c en 12 WA).
Zo wordt bier als alcoholvrije drank aangemerkt als het alcoholgehalte niet meer bedraagt dan 0,5% vol en worden de overige dranken als alcoholvrije drank aangemerkt bij een alcoholgehalte van niet meer dan 1,2% vol.